Gougères (soesjes gevuld met kaas en ham)

Deze soesjes zijn allesbehalve hip en cool (het is een heel klassiek, Frans recept), maar ze zijn zo ontzettend lekker. Voor mij zijn ze daarenboven ook nog echt jeugdsentiment. Ik herinner mij nog levendig hoe ik als kind voor het eerst soezenbeslag maakte en halverwege moest wisselen van arm omdat ik niet genoeg kracht had. Nu, ongeveer 15 jaar later, maak ik ze opnieuw en ik merk dat de kracht in mijn armen is toegenomen. Maar, wat gelukkig niet veranderd is, is de smaak. Heerlijk krokant vanbuiten, zalig zacht vanbinnen.
Het is een vrij gemakkelijk recept, maar er kruipt wel wat tijd in.

Ingrediënten:
Voor de soesjes:
  • 250 ml water
  • 100 g boter
  • 150 g bloem
  • snuifje zout
  • 4 eieren
Voor de vulling:
  • 200 g geraspte kaas (type gruyère) --> 150 g voor de saus, 50 g apart houden
  • 30 g boter
  • 40 g bloem
  • 0,5 l melk
  • 75 g gekookte ham
  • peper/zout/nootmuskaat
Werkwijze:
Voor de soesjes:
  1. Verwarm de oven voor op 190°C (heteluchtoven)
  2. Doe het water, het snuifje zout en de boter samen in een steelpan of kookpot en breng het aan de kook.
  3. Als het water kookt en de boter gesmolten is, neem je de pan even van het vuur en voeg je de bloem toe.
  4. Zet het terug op het vuur en meng de bloem met een houten lepel met het water en de boter. Het deeg moet van de randen loskomen.
  5. Als het deeg een bol vormt, neem je de pan van het vuur.
  6. Meng nu één voor één de eieren met een houten lepel onder het deeg. Dit vergt nogal veel armkracht, maar het deeg moet steeds terug een homogene massa zijn vooraleer je een volgend ei toevoegt.
  7. Beleg een bakblik met bakpapier.
  8. Doe het deeg in een spuitzak. Gebruik een vrij grote getande spuitmond.
  9. Spuit kleine bolletjes deeg op het bakblik.
  10. Bak de soesjes op 190°C (heteluchtoven) gedurende 20 minuten of tot ze mooi goudbruin zijn. Tip: de soesjes zijn klaar als ze goudbruin zijn en ze hol klinken als je onderaan de soesjes met je vinger tikt.
  11. Laat ze op een rekje afkoelen.
Voor de vulling:
  1. Maak een roux met de bloem en de boter: Boter smelten in een steelpan. Bij de gesmolten boter de bloem toevoegen. Eventjes op het vuur laten drogen. Zeker niet laten bruinen
  2. Voeg dan beetje per beetje de melk toe. Klop de saus glad met een klopper.
  3. Laat de saus even doorkoken zodat ze kan indikken.
  4. Zet het vuur af en voeg de geraspte kaas toe.
  5. Snij de hesp héél erg fijn en voeg ze bij de saus. (de hesp moet echt superfijn zijn, anders kan je die nooit in de soesjes spuiten met een smal spuitmondje)
  6. Kruid af met peper, zout en wat nootmuskaat.
  7. Laat de saus afkoelen.
Afwerking:
  1. Maak onderaan in de soesjes met een mes een gaatje.
  2. Steek een klein spuitmondje in een spuitzak en vul de spuitzak met de kaassaus.
  3. Spuit de vulling in de soesjes via het gemaakte gaatje.
  4. Veeg de overtollige saus aan het gaatje weg.
  5. Strooi 50 g gruyèrekaas op een bordje en druk de onderkant van de soesjes in de kaas. Zo zal de vulling niet uit je soesje bubbelen.
  6. Leg ze op een bakblik met bakpapier.
  7. Bak ze gedurende een tiental minuten op 180°C.
  8. Smakelijk!

Kruidige wok met kip, paksoi en sobanoedels

Je kunt jezelf maar zó vaak wijsmaken dat je niet op foto pakt. Soms moet je de waarheid onder ogen zien en de harde beslissing nemen om op dieet te gaan. Oh ja, het D-woord, ik heb het uitgesproken. Laten we eerlijk zijn, niemand gaat graag op dieet! Dieet betekent dan ook al te vaak smaakloze troep, vreemd smakende light-producten en taaie bruine rijst. Maar, dat hoeft het niet te zijn. Ik maakte gisteren deze heerlijke wok. Niet alleen had ik de rest van de avond geen hongergevoel meer, het was zelfs zo lekker dat ik dit recept met jullie moet delen.

voor 2 personen

Ingrediënten:

Voor de marinade van de kip
  • 250 g kippenfilet
  • 3 eetlepels sojasaus
  • 1 teentje knoflook
  • 1 theelepel geraspte gember
  • 1/4 groene chilipeper (zonder zaadjes)
  • 2 lenteuitjes
  • peper
  • 1 theelepel sesamzaadjes
  • 1/2 theelepel sesamolie
  • een scheutje zonnebloem- of arachideolie
Voor de rest:
  • 1 paksoi
  • 5 lenteuitjes
  • 1 teentje knoflook
  • 1/4 groene chilipeper
  • 1 duimgroot stuk gember (geraspt)
  • peper
  • 3 eetlepels sojasaus
  • half glas water
  • 1/2 theelepel sesamolie
  • scheutje zonnebloem- of arachideolie
  • 120 g sobanoedels (Dit zijn Japanse noedels van boekweitmeel. Je kan ze gewoon in de Delhaize kopen, maar als je ze niet vindt, kan je ze het best vervangen door rijstnoedels.)
  • 1 theelepel sesamzaadjes

Werkwijze:
  1. Snijd de kip in kleine blokjes.
  2. Rasp de gember en de look. Snijd de chilipeper fijn en hak de lenteuitjes in stukjes.
  3. Meng de kippenblokjes met de look, gember, groene chili en lenteuitjes.
  4. Voeg de sojasaus en sesamolie toe.
  5. Strooi de sesamzaadjes erover en draai een paar keer met de pepermolen.
  6. Meng alles goed en laat gedurende ongeveer 30 minuten marineren.
  7. Verhit de wok en voeg een scheutje zonnebloem- of arachideolie toe.
  8. Bak de kippenblokjes snel op hoog vuur.
  9. Haal vervolgens de gebakken kippenblokjes uit de wok en hou ze apart op een bord of in een kommetje.
  1. Breng gezouten water aan de kook.
  2. Kook de noedels zoals vermeld op het pakje.
  3. Giet ze af als ze gaar zijn en bewaar ze even om ze op het einde toe te voegen aan de wok.
  1. Was de paksoi goed en snijd de paksoi in repen van ongeveer 0,5 cm dikte.
  2. Rasp de gember en de look. Snijd de chilipeper fijn en snijd de lenteuitjes in grote stukken.
  3. Verhit de wok en voeg een scheutje zonnebloem- of arachideolie toe.
  4. Wok de paksoi samen met de gember, look, chilipeper en lenteuitjes gedurende een tweetal minuten op hoog vuur.
  5. Verminder vervolgens het vuur en voeg het water toe.
  6. Laat de paksoi vervolgens gedurende ongeveer 8 à 10 minuten zachtjes stoven.
  7. Als de paksoi bijna beetgaar is, zorg je dat het vocht bijna allemaal uit de wok verdampt door het vuur weer wat hoger te zetten.
  8. Voeg de sojasaus en de sesamolie toe. Kruid met wat peper.
  9. Voeg de gebakken kippenblokjes en gekookte noedels toe en meng alles goed.
  10. Proef en kruid bij indien nodig.
  11. Werk af met de sesamzaadjes.
  12. Smakelijk!

Sablés

Iedereen zou een simpel basisrecept voor zandkoekjes moeten hebben. Dit recept voor sablés is het recept dat bij ons thuis al van kleinsaf wordt gebruikt. Ik heb het dan ook niet uitgevonden, maar ik wil het toch graag met jullie delen omdat het zo een simpel, lekker recept is. Ik vind de koekjes lekkerder als je van het deeg gewoon een worst maakt en er centimeterdikke koekjes van snijdt, maar je kan het deeg ook uitrollen en de koekjes uitsteken met een vormpje.

Ingrediënten:
  • 300 g bloem
  • 150 g fijne witte suiker
  • 1 zakje vanillesuiker
  • 180 g zachte boter
  • 1 ei
Werkwijze:
  1. Verwarm de oven voor op 160°C.
  2. Meng de zachte boter samen met de suiker, vanillesuiker en het ei.
  3. Voeg de bloem toe en meng het verder totdat je een zacht koekjesdeeg hebt.
  4. Maak van het deeg een bal en rol het vervolgens tot een worst.
  5. Rol de worst in plasticfolie en laat het gedurende 30 minuten in de koelkast rusten.
  6. Haal het deeg uit de koelkast en verwijder de plasticfolie.
  7. Bekleed een bakplaat met bakpapier.
  8. Snijd de worst in centimeterdikke plakjes en leg ze op de bakplaat.
  9. Bak ze gedurende 20 minuten goudbruin op 160°C.
    Let wel op! Als je de koekjes dunner maakt zullen ze minder lang moeten bakken. Laat ze zeker ook niet te donker kleuren. Als ze goudbruin langs de randjes zijn, zijn ze klaar.
  10. Smakelijk!

Wortel-venkelsalade met pompelmoes

Super lekker bij een barbecue of als frisse salade bij gepaneerde vis. Je kan de venkel en wortel uiteraard met de hand raspen, maar ik rasp ze snel samen in de keukenrobot.

Ingrediënten:
  • 5 wortelen
  • 1/2 venkel
  • 1 roze pompelmoes
  • peper/zout
Werkwijze:
  1. Schil de wortelen en rasp ze.
  2. Neem een halve venkel en verwijder het harde deel. Rasp de venkel ook fijn.
  3. Schil de pompelmoes, verwijder alle vellen, snijd de partjes eruit. Snijd de partjes nog eens in kleinere stukjes.
  4. Meng de pompelmoes samen met de geraspte wortel en venkel.
  5. Kruid met een beetje peper en zout. Niet teveel, want de frisse smaak van de groenten en pompelmoes moet overheersen.
  6. Smakelijk!

Jamaicaanse jerk chicken

Ik heb dit gerecht voor het eerst gegeten op reis in Amerika en het is in mijn hoofd blijven rondzwerven. Er zijn waarschijnlijk honderden varianten op dit traditionele Caraïbische recept, maar zo maakte ik het vorige week en het smaakte. Deze jerk chicken-marinade kan ook gebruikt worden voor varkensvlees, scampi's, tonijn, ... . Het vlees moet wel minimum 6 uur marineren.

Ingrediënten:
  • 4 kippenfilets (liefst met vel)
  • 1 handvol verse tijm
  • 1 grote ui
  • 2 teentjes look
  • 1 duimgroot stuk gember
  • 1 chilipeper
  • 4 eetlepels sojasaus
  • 3 eetlepels witte wijnazijn
  • 1/2 theelepel allspice of vijfkruidenpoeder (mengeling van anijs, kruidnagel, gemberpoeder, nootmuskaat en kaneel of peper)
  • peper/zout
Werkwijze:
  1. Maak insnijdingen in de bovenkant van de kippenfilets zodat de marinade overal kan doordringen. Als je erg dikke kippenfilets hebt, kan je ze best nog eens overlangs doorsnijden.
  2. Snijd de ui in 4, pel de teentjes look, schil het stuk gember en verwijder de zaadjes van de chilipeper.
  3. Neem een handvol tijm en verwijder de takjes, we gebruiken enkel de blaadjes.
  4. Doe al deze ingrediënten (niet de kip) in een keukenrobot.
  5. Voeg de sojasaus, witte wijnazijn, allspice, zout en een aantal draaien van de pepermolen toe.
  6. Laat dit allemaal samen in de keukenrobot fijnmalen.
  7. Giet deze marinade over de kippenfilets en laat ze hier vervolgens minimum 6 uur in marineren.
  8. Laat een grillpan of barbecue goed heet worden.
  9. Grill de gemarineerde kip.
  10. De extra marinade in de schotel kan je gebruiken om tijdens het grillen de kip nog eens extra mee in te strijken.
  11. Smakelijk!

Ananassalsa

Deze salsa is echt de ontdekking van deze vakantie! Deze superfrisse salsa is een leuk bijgerecht bij Jamaicaanse jerk chicken (zie volgend recept), bij een barbecue of bij faijtas.

Ingrediënten:

  • 1 rijpe verse ananas
  • 1/2 groene chilipeper
  • 1/2 komkommer
  • 1 handvol platte peterselie
  • 1/2 handvol munt
  • 1/2 handvol koriander
  • sap van 1 limoen
  • zout/peper
Werkwijze:
  1. Snij de ananas in kleine blokjes (ongeveer 1 cm op 1 cm).
  2. Schil de komkommer, verwijder de zaadjes en snij deze ook in kleine blokjes.
  3. Hak de chilipeper, peterselie, munt en koriander fijn.
  4. Meng de ananas, komkommer met de gehakte chilipeper, peterselie, munt en koriander.
  5. Voeg het sap van 1/2 limoen toe. P
  6. Kruid met peper en zout. Proef. Voeg indien nodig nog limoensap, peper en zout toe.
  7. Smakelijk!